ter ere van dood en opstanding der lage landen
beitelden de eerste bewoners aan de IJssel kerk en praal
opdat ieder beseffen zou
de kern van het bestaan
het prille
16 miljoen stenen legden zij daarna ter bescherming
een vel om het nieuwe denkende wezen
luisterend de naam Steen aan de IJssel
als vrijen vochten zij zich los
soeverein rot op dat was de stem
een stad is een levend organisme met bewustzijn en herinneringen
haar bewoners zijn de levende dragers,
haar vesting een oud nest met gevolgen